Artikel door Bart Vancauwenberghe, freelance journalist
Monument Vandekerckhove is marktleider in monumentenzorg
Trekpleisters restaureren geeft een regio dynamiek
De sleutel tot een perfect gerestaureerd gebouw of monument? De juiste mix van vakmanschap, engineering en bouwmanagement. Het is een combinatie die Monument Vandekerckhove heel goed beheerst. Het bedrijf uit Ingelmunster, onderdeel van Monument Group, bouwde een brede expertise op in de restauratie van monumenten. De onderneming verzorgt zowel in België, Frankrijk als Nederland projecten, al dan niet in samenwerking met zustervennootschappen.
Monument Vandekerckhove nv is zelf eigenlijk een… monument. Gesticht in 1886 door metselaar Albéric
Vandekerckhove, ging de onderneming zich na de Eerste Wereldoorlog specialiseren in de heropbouw van monumenten in West-Vlaanderen.
Vooral in de regio van het zwaargetroffen Ieper deed de stichter een schat aan ervaring op. “ Op dat moment zijn we geëvolueerd van klassiek aannemer naar restauratiebedrijf”, legt gedelegeerd bestuurder Pieter De Poorter uit.
Hij kwam in 1989 in de zaak, op het moment dat zijn vader Jozef De Poorter het bedrijf overnam van de familie
Vandekerckhove. Hoewel het bedrijf zich ook toelegt op renovatieprojecten, eventueel in combinatie met nieuwbouw, vertegenwoordigt de restauratie van bouwwerken met kunsthistorische waarde nog altijd zowat 60% van het zakencijfer van 65 mio EUR (2016). Het leeuwendeel van de activiteiten situeert zich in eigen land. “De zwakke marktevolutie in Nederland is nog niet gewijzigd. Frankrijk is in neergaande lijn, we hopen dat de nieuwe president voor een positieve flow kan zorgen.”
Alles onder één dak
Pieter De Poorter: “Onder impuls van mijn vader is de onderneming geëvolueerd naar een specialist in alle
aspecten van restauratie. Het komt er niet alleen op aan de uitvoering te beheersen, ook het voorbereidende
denk- en rekenwerk is belangrijk. Om dit multidisciplinair te kunnen uitwerken, hebben we naast ons eigen studie- en
calculatiebureau de nodige ateliers uitgebouwd met specifieke vakkennis: schrijn- en timmerwerk, marmer- en
natuursteenbewerking, archeologische opgravingen, glas-in-loodprojecten, lood- en zinkwerken, restauraties van
kunstvoorwerpen…”
Vakmanschap en knelpuntberoep
Hoewel er vandaag 20 technische vacatures openstaan - onder meer voor glazeniers, projectleiders restauratie
en schrijnwerkerij, werfleiders, assistent-projectleiders - kan het bedrijf rekenen op een trouwe schare aan competente technisch medewerkers. In de onderneming zijn er 228 medewerkers actief, waarvan 150 met de vakmancompetenties om restauratiewerken uit te voeren.
“We kunnen nog altijd terugvallen op een behoorlijke instroom van jong West-Vlaams talent uit de technische scholen. Bepaalde scholen hebben zelfs specifieke opleidingen voor renovatietechnieken (zoals de VTI’s van onder meer Brugge en Izegem), maar we krijgen ook mensen uit verschillende hogescholen en universiteiten. Dankzij onze goede verstandhouding met deze onderwijsinstellingen, krijgen we veel polyvalente mensen die al behoorlijk wat basistechnieken beheersen. Hun vaardigheden verfijnen ze meteen ‘on the job’ en met de juiste begeleiding van peters en meters."
Ook de globalisering zorgt ervoor dat er voldoende bekwaam personeel aanwezig is.
“We hebben uitstekende vaklui uit o.a. Griekenland, Marokko en Groot-Brittannië. Voor ons maakt de nationaliteit niet zoveel uit, als het maar om gepassioneerde mensen met liefde voor het metier gaat. Dat vertaalt zich bij ons automatisch in interessante carrièremogelijkheden.”
Uitdagingen
Hoewel het bedrijf over een uitgebreid en modern machinepark beschikt dat veel voorbereidend werk opknapt, ligt de finishing touch nog altijd in handen van de vakman. Pieter De Poorter: “Restauratie is een stiel apart, die een
bepaalde mentale instelling vergt: je moet veel geduld opbrengen, erg accuraat kunnen werken en aanvaarden dat het werk minder snel gaat dan bij een traditioneel bouwproces. Bovendien moet je ook kunnen samenwerken met
architecten, gespecialiseerde adviseurs en het Agentschap Onroerend Erfgoed.
Voor elk project wordt de facto een bouwteam samengesteld, dat aan de hand van een bestek de kwaliteit, het budget, de uitvoeringstermijn en andere aspecten vastlegt, opvolgt en controleert. Op technisch vlak is de grootste uitdaging de keuze van de juiste restauratiemethode - met respect voor het historisch gebouw - en de eventuele invulling van een nieuwe bestemming.”
Nogal wat opdrachten aan geklasseerde monumenten worden gesubsidieerd door de Vlaamse overheid, via een stelsel
van restauratiepremies. De verantwoordelijke minister Geert Bourgeois (N-VA) trekt voor monumentenzorg voor de
tweede legislatuur op rij eenzelfde budget uit (circa 70 miljoen euro per jaar) . “Dat is een goede zaak”, meent de bedrijfsleider. “Een halvering van het budget zou nefast zijn, omdat er dan onherroepelijk veel knowhow uit de sector zou vertrekken, die nooit meer terugkeert. Ook een plotse verdubbeling hoeft niet: de restaurateurs moeten het werk blijven aankunnen en half werk is in onze branche geen optie.”
Economische meerwaarde “
Omwille van de kunsthistorische waarde en de belangrijke kostprijs, moet een monument altijd en zonder compromis perfect worden gerestaureerd”, vervolgt De Poorter. “Een onbekwame aannemer kan bij zo’n opdracht veel onherstelbare schade aanrichten. De restauratie van ons West-Vlaams historisch patrimonium is cruciaal, zowel uit esthetische als uit economische overwegingen. Het is ondertussen voldoende aangetoond dat een goed beheerd historisch patrimonium een stimulans is voor een aantrekkelijke ruimtelijke ontwikkeling, een aantrekkelijk cultuurtoerisme en een goed draaiende horeca. Studies wijzen uit dat iedere geïnvesteerde euro in monumentenzorg zich voor minstens 80 procent terugbetaalt.”
www.monument.be
BRON : West-Vlaanderen Werkt, nr 2 - 2017